Afgelopen weekend moest ik – ivm wat uitloop met een project – thuis nog wat werken voor Qi. Daar was ik dus behoorlijk wat uurtjes mee zoet afgelopen weekend. Maar tussendoor was er nog genoeg tijd over om te gamen.

Zeker zondag, toen het werk erop zat, heb ik lekker zitten gamen. Het gamen bestond afwisselend uit het onderhouden van m’n tuintje in Viva Pinata en aan de andere kant bruut knallen in Gears of War.

Viva Pinata was verrassend leuk. Had hem zaterdag gekocht omdat ik toch wel benieuwd was en het pakte toch anders uit dan verwacht. Het tempo ligt vrij laag. Het is meer een relax-en-achterover-leun spel dan een spel vol actie. Kort gezegd is het de bedoeling dat je je eigen tuin aanlegt, met bomen, planten en vijvers. Daarmee kan je pinata’s lokken – dit zijn pluizige beestjes met elk eigen wensen / doelen / behoeftes. En zo maak je je tuin meer-en-meer je eigen.

Door bijvoorbeeld de ene soort pinata op te offeren, komt een andere wel naar je tuin etc. Het spel zit dus vol met – onbewuste – keuzes. Zo besloot ik in het begin dat ik een bepaalde plant niet wilde, totdat ik in de encyclopedie (welke heel handig in het spel zit en laat zien wat elke pinata wil) las dat die plant weer andere pinata’s aantrok.

Had tijdens het spelen constant het gevoel dat het sloom en saai was, terwijl een blik op de klok me telkens anders vertelde. Elke keer als ik ‘even’ m’n tuin ging onderhouden, zat ik 1-2-3 uur later nog te spelen. Vergat gewoon compleet de tijd en dat is een goed teken.

Betrap me er nu zelfs op dat ik nu soms ook loop te denken – hoe kan ik meer/betere pinata’s naar m’n tuin lokken? Maar heb wel gemerkt dat het echt een spel voor uitproberen is. Je kan zo super veel verschillende dingen doen, volgens mij kan je nooit 100% het spel doorgronden. Bepaalde combinaties maken weer iets anders, echt kewl ( 0f frustrerend dat ik dat niet weet?)

Daarnaast ook veel Gears of War gespeeld. Dit spel – wat elke Xbox360-bezitter gewoon moet spelen – is singleplayer al stoer en multiplayer ook heel verslavend. Maar zondag dus coop ontdekt en dat maakt de singleplayer zoveel meer fun.

In cooperatief spelen (letterlijk: samen spelen) houdt in dat je medespeler (in dit geval was het Snith) de rol overneemt van een normaal computer gestuurd karakter. En meteen merk je het.

Je gaat overleggen hoe bepaalde missies aan te pakken, wie wat doet, een gaat links, de ander rechts. De een dekt de ander etc. Heel gaaf gedaan dus. En zeker verslavend. We hebben – denk ik – zo’n 2 uur gespeeld en gaan dat zeker snel nog eens doen.

Hebben zelfs samen het spel uitgespeeld – ik was zelf al ver gekomen en toen samen het laatste stukje gedaan. Was echt voor herhaling vatbaar.

Dus mochten er dus nog meer mensen zijn die Gears of War spelen, feel free to join me on any mission 🙂