Een eiland in de oceaan van weblogs

Sociale gespreksstof

Je kent het wel. Je komt op straat (of in de metro, in de supermarkt, in de bioscoop – whatever) iemand tegen die je of vaag kent of lang geleden kende en weinig contact mee hebt gehad. Dan knoop je vaak automatisch een gesprekje aan; hoe gaat het nu, wat doe je nu voor werk, ben je verliefd, verloofd, getrouwd etc. Gezellig even bijpraten.

Maar ik kan het niet. Beter gezegd: ik heb er een hekel aan. Vage kennissen (vrienden van vrienden, oud-collega’s, oud-klasgenoten etc) tegenkomen en dan gezellig een gesprek aanknopen. Ik kan het echt niet, weet nooit iets te zeggen.

Het wordt dan standaard beetje vertellen over je werk, dat je inmiddels samenwoont en dan houden de onderwerpen alweer op. En dan ga je allebei maar een beetje voor je uitstaren – terwijl je nadenkt over een nieuw onderwerp om ‘gezellig’ over te kunnen kletsen.

Ik probeer dit soort momenten dan ook altijd te voorkomen door ervoor te zorgen dat men mij niet opmerkt. Ik vermijdt oogcontact, draai me half weg of verdiep me nog dieper in m’n boek. Alles om de nutteloze ‘sociale’ gesprekjes te voorkomen.

Het is dan ook des te erger als je dan toch opgemerkt wordt. Dan moet je net doen alsof je verrast bent, omdat je uiteraard niet kan zeggen dat je ze al lang gezien had. En dat voelt een beetje slecht.

Ik begin er wel steeds beter in te worden, veel vage kennissen merken me niet op. Maar ja, misschien doen zij wel precies hetzelfde en willen ze niet opgemerkt worden door mij. Dat kan ook.